3 Vul de essenwarmer met drinkwater tot hetzelfde
niveau als de melk in de es. Bij grote hoeveelheden
melk is het maximumniveau voor het water circa 1 cm
onder de bovenkant van de essenwarmer. Een goed
waterniveau zorgt voor een eciënte opwarming (afb. 5).
4 Kies de gewenste stand op basis van de hoeveelheid
melk. Raadpleeg de tabel voor de snelopwarmstand aan
het einde van dit hoofdstuk voor informatie over hoe
lang de melk moet worden opgewarmd bij de gekozen
stand (afb. 6).
Opmerking: de snelheid waarmee de melk wordt
opgewarmd, hangt af van de hoeveelheid melk die je wilt
opwarmen en van de begintemperatuur, bijvoorbeeld
kamertemperatuur (20 °C) of koelkasttemperatuur (5 °C).
5 Het oranje lampje gaat branden als je een stand kiest.
Dit geeft aan dat de essenwarmer is
ingeschakeld (afb. 7).
Opmerking: tijdens het opwarmen circuleert de melk en
wordt deze gelijkmatig opgewarmd.
6 Raadpleeg de tabel voor de snelopwarmstand voor
informatie over hoe lang de melk moet worden
opgewarmd. Neem de es uit de essenwarmer zodra de
tijd die wordt aangegeven in de snelopwarmtabel is
verlopen (afb. 8).
Tip: wanneer je de melk niet warm genoeg vindt, kun je de
es maximaal 30 seconden terug in het apparaat zetten om
deze extra op te warmen. De melk wordt dan iets warmer,
maar niet te heet.
Pas op: als je de es langer dan de in de tabel aangegeven
tijd in de essenwarmer laat staan, kan de melk te heet
worden.
Opmerking: als je moedermelk oververhit, kunnen
belangrijke voedingsstoen en vitaminen verloren gaan.
NEDERLANDS 61
Comments to this Manuals